Met dank aan Huub Pinxt z.g.
Op 4 maart 1889 vierde het echtpaar Mathieu Joseph Frusch en Anna Elisabeth Bausch, wonende op de Hoogkuil, temidden van 8 kinderen, 6 aangetrouwde kinderen en 21 kleinkinderen hun gouden bruiloft. Het feest vond plaats in de herberg van Alexander (Sander) Hubert Roebroek op het Wolfeijnde. Mannen “van de Baan” deden met zang van zich spreken en brachten het gouden bruidspaar een zanghulde. Pie Paes nam na het bruiloftsfeest het initiatief om “ne vaste zank” op te richten.
Sander Roebroek, een jonggezel met een goede inborst, stelde zijn keuken als repetitielokaal beschikbaar. Men slaagde erin om spoedig een dirigent aan te trekken: Pieter Hubertus Boyens. De “zank van de Baan” werd de “zank van Baek”.
Maandag 9 juni 1890 (kermismaandag) presenteerde de “Beeker Liedertafel” zich voor het eerst in het openbaar. Het lag voor de hand dat dit eerste optreden in Beek plaatsvond. Het “Nieuws- en Advertentieblad voor de Provincie” van 14 juni 1890 vermeldt het volgende: “Beek. Bij het feestconcert op kermismaandag gegeven door de Harmonie “St. Cecilia” alhier, trad ook het nieuwe zangkoor De Liedertafel voor de eerste maal in het publiek op en verwierf algemeenen bijval.”