Het mannenkoor deed in het prille begin van zijn bestaan best van zich spreken. Naast een optreden op 8 september 1890 te Ulestraten, waar uitgevoerd werden “Schäfers Sonntagslied”, gaf de Beeker Liedertafel op 23 mei 1891 zijn medewerking aan een groot internationaal festival te Geleen bij gelegenheid van het 25-jarig bestaan van de thans Koninklijke Harmonie “St. Caecilia”. 24 mei 1891 trad het koor op in Schimmert en op 10 augustus daaropvolgend verzorgde de sociëteit een concert te Groot Genhout.
1 juni 1893 gaf het zanggezelschap acte de préséance bij de vijftiende Bondswedstrijd van de Handboogschutterij “Willem Tell” te Geverik.
Op 20 mei 1895 stond het koor met drapeau tussen van autoriteiten en andere verenigingen opgesteld bij het spoorstation Beek-Elsloo om de koning en koningin-regentes toe te zwaaien. De koninklijke trein stopte evenwel niet, doch stoomde door naar de Limburgse hoofdstad Maastricht. Of dit voorval als zodanig gepland stond is niet duidelijk.
31 augustus 1898 werd Wilhelmina 18 jaar en koningin der Nederlanden. Heel Nederland vierde feest. Beek was eveneens in feeststemming, getuige de aangebrachte versieringen aan het gemeentehuis en in het dorp. De Beeker Liedertafel zong een welverzorgd repertoire van vaderlandse liederen.
In 1893 werd het eerste vaandel aangeschaft.
Twaalf jaar na de oprichting, in 1901 streed de Beeker Liedertafel met acht Nederlandse koren en enige buitenlandse gezelschappen om de hoogste eer in de derde afdeling. De eerste prijs bestond uit een vergulde zilveren medaille en fl. 100,-. Deze internationale zangwedstrijd, georganiseerd door de Mastreechter Staar, vond plaats te Maastricht. Het reglement schreef voor dat zangverenigingen uit Maastricht niet mochten deelnemen.
Elk koor moest twee werken naar keuze uitvoeren. De Liedertafel vertolkte, onder leiding van de inmiddels aangetreden dirigent André Stassen, “Strijd en vrede” van Richard Hol en “Eendracht” van Gerhard Hamm.
De Liedertafel viel niet in de prijzen.
Rond 1902 sluit André Stassen zijn muzikale loopbaan bij de Beeker Liedertafel af. Jos Frissen uit Maastricht nam de leiding over. Eduard (Ed) Hermans, afkomstig van de toen zelfstandige gemeente St. Pieter, was de volgende muzikale leider.
Leon Hermans nam omstreeks 1906 het artistieke roer van zijn neef Ed Hermans over. Met Leon Hermans breekt qua muzikale leiding van het Beeker Mannenkoor, een consistente periode aan.
De periode 1902-1906 lijkt voor wat betreft de muzikale leiding van ons koor niet rustgevend te zijn geweest. Helaas weten we niets van de achtergronden. Het bestuur heeft het in ieder geval druk gehad met het contracteren van drie dirigenten in een tijdbestek van ongeveer vier jaar.