Kort voor het uitbreken van de eerste wereldoorlog vierde de Beeker Liedertafel het zilveren bestaansfeest. Omtrent dit jubileum zijn slechts summiere gegevens beschikbaar. Het jubileumfeest vond plaats op zaterdag 13 en zondag 14 juli 1914.
Ook in 1914 werd aan de heer Charles Hennekens, toenmalig president, een kostbare zegelring aangeboden. Met de aanbieding van dit kleinood brachten bestuur en leden hun erkentelijkheid jegens hun leider tot uitdrukking. Hij had vanaf de oprichting de voorzittershamer op voortreffelijke wijze gehanteerd.
Deze zegelring zou later veel beroering in het bestuur teweeg brengen.
Vermeldenswaard is het feit dat het koor, voorafgaande aan het concours te ’s Gravenhage op 25 mei 1919, mocht optreden in Huis Ten Bosch voor Koningin Wilhelmina en de voltallige koninklijke familie. Na het behaalde succes ontvingen de zangers een gelukstelegram van de Koningin. Majesteit werd nogmaals door de Liedertafel toegezongen toen zij in 1927 een bezoek bracht aan Beek.
In 1923 vierde pastoor Voncken van de St. Martinusparochie zijn zilveren pastoraat. Bij die gelegenheid boden de parochianen de pastoor een H. Hartbeeld aan, dat geplaatst werd aan de voorzijde van de kerk. Op 29 juni 1924 werd een grote bloemenhulde gebracht aan Christus Koning en werd de gemeente Beek toegewijd aan het H. Hart van Jezus. De Beeker Liedertafel behoorde tot een van de vele deelnemende verenigingen.
16 juli 1927 bracht Hare Majesteit, op doorreis naar Maastricht, een bezoek aan Beek. De koninklijke trein had het gezelschap tot aan het station Beek-Elsloo vervoerd. Vandaar werd in een open auto door de Stationsstraat naar het Wolfeinde gereden, alwaar de Beeker Liedertafel de eer had voor het koninklijk gezelschap te mogen optreden.
Burgemeester P. Janssen, ere-voorzitter van de vereniging hield een “hoogstaande” toespraak.
Met een groot festival werd op kermis-zondag, 2 juni 1929, het 40-jarig bestaan van de Beeker Liedertafel gevierd. 16 zangverenigingen en 15 harmonieën en fanfares waren in Beek te gast om de vereniging in het zonnetje te zetten. De buurgemeente Geleen was met liefst vijf koren vertegenwoordigd (Zanglust, Mignon, Euterpe, Frosinn en Glück auf, Maurits). De Beeker Liedertafel opende het festival met “De Deerne” van W.F. Kools.